DSF8586 01 DSF8586 01 v2 DSF8586 01 v2

Column Maaike Olde Olthof

Hoezo taboe? Waarom je wél over geld moet praten (juist met kinderen)

Tekst MAAIKE OLDE OLTHOF  Fotografie MARTIN DIJKSTRA  |  3 minuten

Van vriendschappen die verbroken werden vanwege een Tikkie tot familievetes over een erfenis; geld is niet zelden een beladen onderwerp in de privésfeer. Een lesje (Romeinse) geschiedenis leert dat je vroeger de doodstraf riskeerde als je in de schulden zat. Tot op de dag van vandaag is het schaamtegevoel over niet rond kunnen komen of dik in de min staan levendig aanwezig

Van vriendschappen die verbroken werden vanwege een Tikkie tot familievetes over een erfenis; geld is niet zelden een beladen onderwerp in de privésfeer. Een lesje (Romeinse) geschiedenis leert dat je vroeger de doodstraf riskeerde als je in de schulden zat. Tot op de dag van vandaag is het schaamtegevoel over niet rond kunnen komen of dik in de min staan levendig aanwezig.

Maar ligt die beladenheid alleen aan het verleden? Over geld praten is ook cultureel bepaald, lijkt me. Mijn vader werkte vroeger, toen ik jong was, voor een Amerikaans bedrijf. De bedragen werden over tafel gesmeten als Amerikaanse collega’s bij ons over de vloer kwamen. Ik denk dat ik nog geen 7 was toen we bij een collega van pap kwamen eten. Dat gezin had een ijsblokjesmaker in hun koelkast! Het was begin jaren ‘80 en zoiets magisch had ik nog nooit gezien. “Je zal wel heel rijk zijn”, zei ik tegen het jongste zoontje dat een Atari-spelcomputer op zijn kamer had. Liam, zijn vader, hoorde die opmerking en lachte hard. “Natuurlijk zijn wij rijk, Maaike! Wat dacht jij dan?” met een Amerikaans accent. “Ik heb geld zat via mijn schoonfamilie en verdien ook een paar ton per jaar.” Ik had geen idee wat een ton inhield, maar het moest aanzienlijk zijn, want zij hadden een ijsmaker en wij niet.

In die tijd was ik al gefascineerd door het Travelers Cheques-principe, de voorloper van de creditcard. ‘Wij moeten toch ook een beetje rijk zijn,’ dacht ik, ‘als pap (zo Jan Modaal als wat) roze papiertjes uit z’n colbert haalt, zijn handtekening zet en we uit een restaurant weglopen, zonder iemand contant geld te geven.’ Eenmaal thuis van het Amerikaanse familiebezoek had ik duizend vragen, maar ik stelde er maar één: “Hoeveel ton verdien jij dan, pap?” “Dat gaat je niks aan. Het is heel onbeleefd om dat te vragen”, zei mijn moeder bits. “Maar Liam praat er toch ook over?” sprak ik haar tegen. Pap zei lachend: “Liam is een Amerikaan, die doen dat allemaal. Als je rijk bent in Amerika rijk, dan ben je meteen succesvol en daarom scheppen ze zo op.” Dat gesprek, en het culturele verschil, is me altijd bijgebleven.

Nu ik zelf kinderen heb, vraag ik me af waarom er op de middelbare school geen financiële les is. Goed, ze krijgen economie en leren de basisbeginselen van boekhouden. Maar wie leert tieners hoe ze bewust met geld omgaan? En wat de risico’s zijn van bepaalde aankopen (scooters, fatbikes, vapes) of leningen? Uiteraard is dat een taak van de ouders, wij hebben een voorbeeldfunctie. Maar soms loopt mijn generatie achter qua tijdsgeest. Zo heeft de dochter van goede vrienden een megaschuld bij Klarna. Het was al bijna € 1000,- voordat ze erachter kwamen. Het schijnt vaak voor te komen. Achteraf betalen kan wat mij betreft wel wat schoolvoorlichting gebruiken.

Puck, mijn oudste dochter, heeft sinds kort een bijbaan in een lunchroom waar ze in de bediening en keuken werkt. Ik vind het belangrijk dat ze de waarde van geld kent. We praten over geld en sparen. Haar maandsalaris gaat voorlopig nog op aan sieraden en fixeerspray. Sparen gaat mondjesmaat maar, zover ik weet, is ze schuldenvrij. Afgelopen week had ze zelf in de sale een hoodie gekocht. “Kijk, hij was spotgoedkoop”, zei ze trots. Toen ik even later aan het koken was, kreeg ze per ongeluk een klodder tomatensaus over zich heen. “Mama, kijk eens uit!” Geïrriteerd trok ze de nieuwe, vieze trui uit. “Die heb ik zelf gekocht, hé?” Ze rolde met haar ogen en stopte de hoodie, alsof het een kostbaar museumstuk was, voorzichtig in de wasmachine. “Ik hoop maar dat die vlek eruit gaat. Dat ding heeft me € 10,- gekost. Daar moet ik 2 uur voor moet werken hoor…”. Eerste onderdeel van de geldopvoeding (waarde van geld) lijkt me al geslaagd. Nu door naar de volgende stap: net zo bewust met de spullen omgaan die je moeder voor je koopt.

DSF8518

Maaike Olde Olthof is schrijver en columnist bij LINDA.nl. Ze is auteur van Wat een Scheidboek. Het rommelige co-ouderschap en het single veertigplus zijn, geven genoeg inspiratie voor een roman of twaalf. Ook heeft ze twee tienerdochters in huis, een gloeiende hekel aan huishoudelijke taken en misschien wil ze haar financiën wel beter op orde hebben dan nu het geval is. Hoe zit het eigenlijk met haar pensioen? En wat betekent de komst van het nieuwe pensioen?